Discoverybooks
zoeken
zoeken
Op zoek naar een doorwaadbare plaats
BOEK
Op zoek naar een doorwaadbare plaats

Van Hille Vlasman

18 september 2003

Ik ga de moeilijkste zin van mijn leven opschrijven:

Daniël is overleden.

Gistermiddag omstreeks half vier is hij bij een tragisch ongeval om het leven gekomen. Daniël was op slag dood. Het is niet te bevatten. Nu ligt hij in een witte kist in de achterkamer. Gisterochtend ging hij lachend weg: ‘Hoi heit, hoi mem’, en ’s avonds reden we hem met de lijkauto naar huis. God, mijn God, ik weet het niet meer. De gehele nacht hebben we wakker gelegen.

Wat een diep, diep verdriet. Zo’n lieve jongen, zo jong. We kunnen alleen maar huilen en bidden.

 

Het is de eerste bladzijde uit het dagboek dat Hille Vlasman schreef naar aanleiding van de dood van zijn zoon Daniël. Gedurende een jaar hield hij bij wat hij en zijn gezin hebben meegemaakt. Uiteindelijk is het in boekvorm verschenen. De belangstelling ervoor was verrassend groot. Alle 800 exemplaren zijn bijna verkocht, binnenkort verschijnt de tweede druk.

Voor de schrijver is de populariteit van het boek een teken dat het verhaal voor velen herkenbaar is. De verklaring ervoor is volgens hem de benadering: ,,Je leest iets dat van binnenuit komt. Enerzijds kun je het vergelijken met een epicentrum dat na een gigantische schok blijft natrillen, maar ook zijn er momenten vanuit het midden van de storm. Zoals in het oog van een orkaan ook een wonderlijke stilte kan heersen. Ik had behoefte aan stilte. Toen het eerste jaar zonder Daniël bijna ten einde liep heb ik in augustus 2004 ook een korte pelgrimage gemaakt. In het afgelopen jaar weer. Ik wil daar een traditie van maken. Op een bijzondere manier voel ik me dan verbonden met Daniël. De eerste keer was moeilijk voor Pieteke, mijn vrouw. Het stormde en regende, zij zat thuis en maakte zich zorgen over mij. En ook hier geldt voor degene die achterblijft is het moeilijker dan voor degene die onderweg is gegaan.

En in het doorweekt lopen in de striemende stormwind is er de overeenkomst met het  verkeren in een levensstorm. In beide situaties zal de ervaring voor diegene die zich in de  storm bevindt altijd anders zal zijn dan voor de omstanders die hem aanschouwen. Elke stap  die ik zette was voor mij een teken dat ik door kon gaan, zelfs als de tegenkrachten me dat  wilden beletten. Nooit kon ik vermoeden dat ik ook één kon worden met die weg van rouw,  de weg van diep verdriet en pijn. Maar als ‘pelgrim’ liep ik gestaag door, stap voor stap, stil,   soms huilend, soms zelfs glimlachend, richting de horizon.Die telkens weer verder lag en    daarin mij gaande hield.’

 

Het boek is in trek bij een veel breder publiek dan alleen bij lotgenoten. De herkenbaarheid blijft niet beperkt tot het verlies van een kind. De titel van het boek is ‘Op zoek naar een doorwaadbare plaats, ofwel: hoe nu verder. Heb je altijd een gezond leven gehad en krijg je een chronische ziekte dan ga je op zoek naar het pad om verder te leven. Wij kregen te maken met acute rouw. Plotseling staat de politie voor de deur. Het is alsof op klaarlichte dag het licht uitgaat. Wij hebben al moeite om ons ’s avonds in het donker te oriënteren. Nu was op klaarlichte dag Daniëls levenslicht voor ons gedoofd, wij moesten ons opnieuw oriënteren.

Het doorleven van alle gevoelens door het schrijven is daarbij voor Vlasman van onschatbare waarde geweest.

,,Het bijhouden van een dagboek van 17 september 2003 is een belangrijke reddingslijn geweest’’, stelt Vlasman. Al een jaar of tien vertrouwde hij zijn belevenissen aan het papier toe. De directe aanleiding was het bezoek van een ouderling die vertelde over hun ‘pleats’ die afbrandde en hoe hij als een van de eerste dingen zijn dagboeken in veiligheid stelde.

 

 

 

,,Schrijven is voor mij heroriënteren. Het is als ontwaken uit een narcose. Waar ben ik? Hoe laat is het in mijn leven? Je moet jezelf weer leren herkennen. Ik zou niet weten hoe ik eerder was. In alles was er nu die verbindingslijn met Daniël. De diepste emoties waren er in het begin. Dat hoort bij die periode. Nu overheerst de heimwee, een stil verlangen naar hem’’

Vlasman heeft geleerd de emoties te uiten: ,, Door je verdriet heen groeien. Wat komt dat komt, en laat het alsjeblieft nu komen. Probeer het niet als een bal onder water te houden, dat wat van binnen zo’n pijn doet komt toch boven. Het wil gekend worden.’’

,,Ik schreef op elk moment van de dag. Dat kon midden in de nacht zijn, maar ook ’s morgens vroeg. Het is overigens nooit de bedoeling geweest om het te publiceren, maar je praat erover en laat het anderen lezen en gaandeweg komt het aan het licht.’’

De reacties waren uiteenlopend en verrassend. ,,Iedereen leest het boek met zijn eigen rugzak met ervaringen. Het confronteert sowieso. Bepaalde zinsneden waarvan je het niet zou verwachten raken anderen. Het is de wereld van de tekst. Het is een eigen wereld waar mensen op in haken op grond van de eigen levensweg.’’

Het was voor Vlasman belangrijk dat zijn woorden niet in de bureaulade zouden blijven liggen. Waarom? Vlasman haalt het oude verhaal aan van twee pelgrims: ,, Het speelt zich honderden jaren geleden af. De overlevering verteld dat toen zij werden gevraagd  waarom ze daar liepen ze antwoorden: ‘er zijn wel zesendertig redenen waarom wij hier lopen, dat wij moesten gaan. En er zijn wel 36 redenen waarom we niet zouden moeten gaan.

En toch.. toch lopen we hier. Maar wat nu de echte ‘beweegreden’ is dat we op onze levensweg hier terecht zijn gekomen?’ De twee mannen haalden hun schouders op.

En echt er zijn wel 36 redenen waarom ik graag wilde dat mijn woorden rondom het overlijden van Daniël verder dan mijn bureaulade zouden komen, maar er zijn zeker ook 36 redenen die door mijn hoofd zijn gegaan om het niet te doen.

En toch… toch ligt het er. Wat nu de echte ‘beweegreden’ is?’’ Tot een jaar na het overlijden van Daniel wist Vlasman eigenlijk nog niet waarom hij zijn verhaal opschreef. ,,Toch is het goed geweest, het boek is mijn geesteskind’’, concludeert hij met voldoening. Hij haalt daarbij de woorden aan van pastoraal psycholoog Herman Andriessen: ‘Wij moeten onze levensverhalen vertellen, wat de één overkomt, overkomt allen: wat de één verzwijgt, wordt aan allen onthouden’.

Vlasman is zich bewust dat hij over de gave beschikt zich te kunnen uiten: ,,Een collega, die vijf jaar geleden een kind heeft verloren, zei: jongen, jij hebt de woorden, mij lukt het niet. Zijn woorden zijn heel bepalend geweest bij mijn keuze.’’

In tijden van crises komen relaties onder druk te staan. Een vrouw van in de zeventig vroeg Vlasman hoe het met hem en zijn vrouw verder ging. De vrouw had vroeger een zoon aan leukemie verloren. Het werd tevens het scharnierpunt in hun huwelijk. Vlasman: ,,Hoeveel we ook kwijt zijn geraakt met Daniël, elkaar niet. Goddank. Wij zijn in 2,5 jaar ontzettend ver gekomen.’’

 

De titel van het boek is ontleend aan een krantenartikel over een ziekenhuispredikant, die veel te maken had met kankerpatiënten. Vlasman: ,,Hij ging met lood in de schoenen naar een vrouw die op sterven lag. Aan het bed zat haar man, rustig. Hij zei: Jij hebt ooit in een preek hier in het ziekenhuis gezegd: Er is altijd een doorwaadbare plaats. Als ik het weer eens niet zag zitten zei mijn vrouw altijd tegen me: Er is altijd een doorwaadbare plaats. Nu zij gaat sterven heb ik het tegen haar gezegd. En als je denkt de overkant niet te kunnen halen dan draag ik je.’’

Deze woorden hebben veel indruk op Vlasman gemaakt. De student theologie heeft ze eens gebruikt toen hij voorging in een dienst. ,,Ik heb daarop veel reacties gehad. Drie maanden later verongelukte Daniël. Ik wilde de woorden teruggeven aan de predikant, maar hij bleek twee maanden voor Daniël te zijn overleden. Ik heb wel contact gehad met zijn weduwe.’’

Vlasman kan niet genoeg onderstrepen hoe belangrijk het is emotie te tonen, hoe moeilijk dat soms is. ,,Ik kan me voorstellen dat mensen er als een berg tegenop hebben gezien om bij ons te komen. Wij willen boven op die berg, als het mogelijk is, niet nog een muur van bitterheid plaatsen,  wij hebben juist behoefte aan bemoediging en nabijheid.’’

Het is niet dat Daniël meer voor Hille betekende dan de andere kinderen Evelyn en Christiaan. Maar Daniël was wel de oudste. ,,Hij heeft ons heit en mem gemaakt, met hem deed je altijd alles het eerst. Evelyn gaat nu ook naar het gymnasium, maar het is toch anders. Bij Daniël stonden we voor het eerst voor de schoolkeuze. Toen Evelyn haar nieuwe fiets toonde, zei ik: Famke, ik zal zo meteen blij zijn, nu kost het me even moeite. Bij alles wat je doet denk je aan Daniël. Met hem heb ik zijn nieuwe fiets gekocht. Ik kan het nog niet opbrengen naar die zaak terug te gaan. De grootste angst van de kinderen is geweest dat heit en mem nooit meer gelukkig zouden worden. Gaandeweg komt het vertrouwen terug, maar het leven heeft een andere kleur gekregen, je kunt niet alles herstellen.’’

Evelyn is nu dertien, ouder dan Daniël is geworden. ,,Ze is vrolijk en staat fleurig in het leven. Zo ook Christiaan. Dat is mooi.’’

 

28 maart was de verjaardag van Daniël. Hoewel Hille na de dood van zijn zoon veel heeft gehuild was deze dag niet extra zwaar. ,,Dat komt omdat je dagen van geboorte en sterfte met anderen kunt delen. Een jaar na het overlijden van Daniël zei Christiaan: heit heeft vandaag niet gehuild. Nee, de moeilijkste dagen zijn die je in stilte doormaakt.’’

Natuurlijk heeft ook de gelovige Vlasman zich de vraag gesteld: waarom? ,,Het is belangrijk dat er ruimte is voor die vraag, maar je moet je er niet in opsluiten. Het is een voorrecht voor een gelovige dat je je klacht kunt adresseren. Er is perspectief, er is een plaats om verder te gaan.’’

Vanuit zijn werkkamer kijkt Vlasman uit op Westernijkerk. Daar, aan de voet van de kerk, ligt Daniël. ,,In het beeld van de horizon herken ik iets van God. Een horizon is er altijd. Als ik dan ook tussen hoge gebouwen die eenzaamheid, bitterheid, uitzichtloosheid heten blijf staan, zal ik de horizon niet kunnen ervaren, dan zal ik van standpunt moeten veranderen. Over Daniël zelf is in mij nooit onrust omdat ik ervaar dat Daniël bij God is. Vandaar uit is mijn horizon ook nooit leeg. Daar is ook hij. Ik wil nog graag bij mijn gezin blijven en tegelijkertijd is elke dag een dag dichter bij Daniël.’’



In winkelmandje
prijs : € 12,50